Heftig begin


#1

Wat een heftig begin van mijn leven als een moeder.

Op 4 januari werd ik , na een bevalling van 11 uur met een heleboel gedoe, met persweeën in de ambulance, een baby die het heel moeilijk had en een vacuümpomp bevalling tot besluit, de moeder van een hele lieve 3220 gram zware meid. Een geweldig mooi meisje met donkere haartjes ( inmiddels is ze blond) en mooie blauwe oogjes. 2 dagen na haar geboorte moest ik worden opgenomen in het ziekenhuis met een PPP (Post Partum Psychose). Hoe het zo ver heeft kunnen komen vertel ik hier.

Toen ik klein was heb ik een heleboel nare en verkeerde dingen meegemaakt. Ik ben aangerand en verkracht. Daardoor, om alles onder controle te houden (mijn angsten, gevoelens enz.) had ik een dwangneurose ontwikkeld en ik moest blijven denken,denken,denken. Vooral toen ik verkering kreeg met mijn man kreeg ik het extra te kwaad, bang dat hij weg zou gaan of weg zou vallen. Maar ik zocht nooit hulp voor dit probleem dat mijn hele leven beïnvloede. Ik schaamde me ook heel erg dat ik zo raar dacht en heb zelfs met zelfmoordgedachten rondgelopen.

Op een gegeven moment trouwden wij en we waren iets meer dan een jaar getrouwd toen ik ontdekte dat ik zwanger was. Wat waren we blij, een kind van ons samen, door God onze Heer aan ons toevertrouwd. Tijdens mijn zwangerschap was ik heel blij, maar ook hier speelde de angst een grote rol. Ik dacht steeds stel je voor dat de baby dood zou gaan en als ze even niet bewoog gaf ik porretjes in mijn buik waardoor ze weer begon te schoppen. Myrthe was een hele drukke baby in mijn buik en ze was constant aan het bewegen in mijn buik. Doordat we moesten verhuizen en doordat ik niet lekker in mijn vel zat had de zwangerschap vaak een donker randje en voelde ik me vaak neerslachtig. Myrthe bleef me troosten door met haar koppie naar mijn hand toe te zwemmen als ik mijn habd op mijn buik legde. Toen ik met zwangerschapsverlof ging kon ik niet echt genieten. Mijn lichaam deed pijn, het was vaan grauw en somber buiten en ik raakte een beetje depressief. Myrthe bewoog vaak en dat maakte me dan weer blij.

3 dagen voor de uitgerekende datum braken bij mij de vliezen en kwam de bevalling al gauw op gang. Wat een pijn  had ik, wow, ik wist niet dat het zoveel pijn zou doen. Heerlijk was het om onder de douche te staan en de warme stralen op me te voelen, dat haalde de scherpe randjes van de pijn af. Na 7 uur vol in de weeën te hebben gezeten had ik echt het idee van ik red het niet meer: Bel de verloskundige schreeuwde ik tegen mijn man. Nu of straks was zijn reactie. Nuuuuuuuuuuuuu!!!!!!!!!!! Dus zo gezegd, zo gedaan. Een half uurtje laten was ze er en haalde me van de wc af (de enige plek waar ik mijn weeën nog kon opvangen). Ze toucheerde me en ik bleek volledige ontsluiting te hebben. Ik mocht gaan persen. Na 1 uur persen was ik doodop en er was geen baby. Myrthe's hartslagen liepen terug tot 0 en ze kwamen steeds moeilijker terug. Ik vond het doodeng. Stel je voor dat ze het niet zou overleven. De verloskundige vertelde me dat ik naar het ziekenhuis moest. Ze hielpen me met aankleden en ik moest mijn persweeën wegpuffen. (Onmogelijk). De ambulance kwam en mijn man en ik moesten mee. Het weer was zo ongelooflijk slecht die nacht, verschrikkelijk. Het regende en ijzelde, hagelde en sneeuwde. De snelweg was zo glad dat de ambulance er wel een uur over gedaan heeft voordat hij bij het ziekenhuis was. Normaal duurt dat een klein half uurtje. Ik werd naar de verloskamer gebracht en de persweeën kwamen en gingen. Ik was zo geconcentreerd op het wegzuchtten van de weeën, ik had tenslotte al meer dan een uur liggen zuchtten, dat ik me vaag herinnerde dat de broeders afscheid namen. In het ziekenhuis werd ik aan een infuus gelegd en moest ik opnieuw persen. Er gebeurde niets en de baby bleef zitten waar ze zat. Ze besloten me in te knippen en de vacuümpomp te gebruiken. Zo gezegd, zo gedaan. Ze verdoofden me en knipten me in. Daarna werd het cupje van de vacuümpomp ingebracht. Het deed geen pijn en ik dacht: Eindelijk, er gebeurt iets. Bij de volgend persweeën moest ik meepersen en zij trokken aan het kettinkje dat aan het cupje vastzat. De vacuümmachine maakte een hoop lawaai, maar niet zoveel als ikzelf. Met alle oerkracht die in me zat perste ik en toen werd ons mooie meisje geboren. Ze mocht even op mijn buik liggen, daarna werd ze weggebracht om onderzocht te worden. Maar ze kwam na een paar minuutjes alweer terug. Gelukkig, ze was helemaal gezond en helemaal af. Alles zat erop en eraan. De eerste AGPAR score was een 9, de tweede een 10. geweldig. Ik probeerde haar borstvoeding te geven en aan de rechterkant lukte dat niet ivm een hele grote blauwe plek op haar hoofd van de vacuümpomp. Aan de linkerkant ging het gelijk goed, super. Wel wennen zo'n kleintje aan je borst

Myrthe en ik moesten een nacht in het ziekenhuis blijven, omdat Myrthe al heel gauw geel werd. Dat kwam door de grote blauwe plek die ze had volgens de arts. Maar na die nacht mocht ze alweer naar huis en ik ook. De nacht thuis sliep ik niet en werd ik bang. De hele tijd hing ik boven de wieg. stel je voor dat ze zou stoppen met ademen. Mijn borsten deden pijn van de stuwing en ik kreeg weer zelfmoordgedachten. Ik werg overal bang voor: Straks doe ik iets waardoor ze dood gaat, ik zag overal een gevaar in. Mijn gedachtengang vloog alle kanten op. Ik was bang dat ze haar hoofd heel hard zou stoten, was bang voor de fontanel, help, straks druk ik er heel hard op.

Na deze angstige nacht heb ik de verloskundige verteld dat het niet goed met me ging. Ik had constant paniek aanvallen, maar de liefde voor Myrthe bleef. Die verdween niet en heel voorzichtig knuffelde ik met haar. Ik gaf ook nog steeds borstvoeding. 's Middags kwam de huisarts en die liet me opnemen op de PAAZ-afdeling in Hardenberg, Myrthe mocht niet mee en ik huilde zo verschrikkelijk en voelde me zo alleen. Mijn man ging weg en ik bleef daar alleen. Ik was bang en in de war. Boos ook op mezelf, waarom kon ik niet normaal doen. Ik had een doekje bij me dat Myrthe bij zich had gehad en snuffelde daar steeds aan. Ik kreeg een tabletje en ik mocht wat eten. Daarna moest ik kolven, Mijn borsten waren zo zwaar en pijnlijk en er was geen baby in de buurt om eten te geven. Ik ging slapen en opeens kwam er zo'n rust over me, ik voelde dat er mensen waren die voor me baden. Er was net die week, week van gebed in onze kerk. Ik viel bijna in slaap zonder slaapmedicatie, de verpleegster wekte me en ze gaf me een tabletje, dat heb ik genomen en om de 3 uur werd ik wakker gemaakt om te kolven.

De volgende dag bleek er plek te zijn  op de PAAZ-afdeling in Zwolle. Mijn man en mijn beste vriendin haalden me op en brachten me naar Zwolle. Daar bleek dat er ook plek was voor Myrthe en ik werd met haar herenigd, ik heb haar geknuffeld en heel stevig vast gehouden. Ik was zo blij haar weer te zien, maar de angst kwam al heel snel weer op. We kregen een kamer, eerst een heel klein hokje van 2 bij 3 meter, daarna een 2 persoonskamer waar Myrthe en ik konden slapen. Mijn man moest ook een nacht blijven, maar die trok het niet om constant op de PAAZ te zijn. We kregen een soort van gezinstherapie en dat betekende dat Hans, mijn man elke dag van 9.00 uur tot 21.00 uur bij mij en Myrthe moest blijven. Myrthe sliep bij mij op de kamer en dat was voor mij soms best wel angstig ook omdat ik nog steeds hele angstige gedachten had en bang was haar pijn te doen of erger... Na 1 week voelde ik me nog steeds niet geweldig en voelde me nog steeds regelmatig niet op deze wereld. Ik sliep wel goed en Myrthe gelukkig ook. Ze kwam meestal 1 x per nacht om ongeveer 5.00 uur voor haar eerste voeding. Gelukkig, nog steeds borstvoeding. 

Na die eerste week kwam een van de voorgangers van de kerk langs en na een poosje praten gebeurde er iets met mij. Ik kwam weer tot leven, niet meer van deze wereld, maar weer op deze wereld. De voorganger bad met mij en op dat moment werd ik door God genezen. Ik zong en praatte en hield van mijn dochter. Ik had een geweldig gesprek met mijn beste vriendin en met mijn vader. Vanuit het diepste dal zette God me in 1x op een rots. Na 2 weken PAAZ kwam ik weer thuis. We hadden nog recht op kraamzorg en de kraamverzorgende die ons eerst verzorgd had was er weer, heerlijk, dat voelde echt als een cadeau.

De eerste tijd thuis had nog steeds zijn ups en downs en de eerste keer bevallen is ook een hele heftige ervaring. Het is makkelijk om moeder te worden, maar soms moeilijk om een moeder te zijn. Ben je extreem angstig en voel je je down, trek aan de bel. Er zijn altijd mensen die met je willen praten en die je willen helpen. 

Nu is Myrthe 5 en heeft ze 2 broertjes. Ook de kraamtijd bij de jongens was heftig, maar ik kon gellukkig wel thuis blijven al was het niet eenvoudig. Tijdens mijn 2e en 3e zwangerschap heb ik ook weinig begeleiding gehad. Was ook mijn eigen keus. Er is in de beide kraamtijden veel voor me gebeden en ik gebruikte slaapmedicatie. Ik ben er in beide gevallen goed doorheen gekomen en nu geniet ik van mijn gezin. Er komen (menselijker wijs) ook geen kinderen meer bij. 3 is voor ons echt voldoende. Ze zijn mooi, lief en heel erg ondernemend, heerlijk.

Dit was mijn verhaal, ik hoop dat ik jullie hier mee heb kunnen helpen. In mijn kraamtijden miste ik een boek dat ging over vrouwen die zich down of depressief voelden tijdens de kraamtijd. Ik had het idee dat je alleen maar blij mocht zijn en als je angstig of in de war dan wat je vreemd bekeken. Moeders doen tegenwoordig toch ook heel vaak mee met de moedercompetitie. Jammer is dat. We zouden veel meer aan elkaar hebben als we ook onze negatieve dingen van het moederschap kunnen delen, en elkaar zo kunnen helpen.

 

 

Groetjes Injoline